Hoewel wonen aan het groen vele voordelen kent zijn er ook nadelen aan verbonden. In de loop der jaren heb ik zelf 10 duidelijke nadelen ondervonden.
Wat zijn de nadelen van wonen aan een bos of park? De 10 nadelen van wonen aan het groen zijn:
- Inbraak gevoelig
- Insecten en meer muggen
- Blad in tuin en dakgoot
- Vaak oude huizen
- Honden in de tuin
- Geluid kraaien
- Meer teken
- Hooikoorts
- Steenmarters knagen
- Ongedierte: muizen en ratten
Dit zijn een behoorlijk aantal heel verschillende punten en deze komen hieronder aan bod voor een verdere uitwerking én voor mogelijke oplossingen om hen het hoofd te bieden.
Inbraak gevoelig
Gelukkig is bij mij nog nooit ingebroken. In andere woningen in mijn naaste omgeving zijn wel pogingen tot inbraak geweest.
Vanuit een park kan namelijk bijna ongezien de achterkant van een woning worden bereikt. Er is aan de parkzijde doorgaans geen openbare straatverlichting én het staat er vol bomen en struiken – een ideale omstandigheid om onzichtbaar te blijven.
Mensen die aan een park of bos wonen zijn zich over het algemeen bewust van het inbraak risico. Daarom worden vaak anti-inbraak maatregelen genomen zoals camera’s, waakhonden en extra hang- en sluitwerk.
Er is tegenwoordig vooral een enorme inhaalslag met outdoor beveiligingscamera’s gemaakt. De beste camera (link naar bol.com) kan zo gekoppeld worden aan je smartphone en is uitgerust met nachtvisie en bewegingssensoren.
Al deze extra beveiliging is misschien een reden waarom daadwerkelijke inbraken in mijn directe omgeving zeldzaam zijn.
Insecten en meer muggen
Als je veel houtwerk aan je huis of tuinschuur hebt zullen boktorren en houtwormkevers vroeg of laat hun weg hier naar vinden.
Van nature leven deze kevers in het park, maar als in de nabijheid dood en droog hout aanwezig is zal dat hen aantrekken. Deze insecten leggen hun eitjes in en op hout en de hieruit ontwikkelde larven eten zich vervolgens een weg door het hout.
De aanwezigheid van deze hout etende larven is vast te stellen aan de hand van kleine gaatjes in het hout en de kleine beetjes fijngemalen hout onder deze gaatjes of op de grond. Een andere indicatie voor hun mogelijke aanwezigheid zijn de volwassen kevers die op het hout rondkruipen.
In de zomer maken wespen zich kenbaar. Zij komen niet alleen op zoetigheid af, maar zitten ook vaak te knagen aan het hout van bijvoorbeeld een schutting. De afgeknaagde houtdeeltjes worden vervolgens voor de bouw van hun nest gebruikt.
Dat wespen in grotere aantallen in groene omgevingen voorkomen dan in volgebouwde stadscentra komt door hun voedselbron.
Het voedsel voor wespen, en dat voor hun larven, bestaat namelijk voor een groot gedeelte uit allerlei insecten. Mocht je dus bijvoorbeeld een insectenhotel in je tuin willen plaatsen, bedenk dan dat dit kan zorgen voor extra wespen.
Muggen komen bijna overal voor waar water of vochtige grond aanwezig is. Zelfs een klein beetje water, bijvoorbeeld een voor de helft met regenwater gevulde emmer, is voor hen voldoende om eitjes in te leggen. De larven, die op een gegeven moment uit de eitjes tevoorschijn komen, voeden zich met (dood) organisch materiaal.
In een park of bos is vaak wel een plas of sloot met stilstaand water te vinden. Daarnaast is vochtige grond hier vaak in overvloed aanwezig. Daarom zullen er veel meer muggen voorkomen in en rondom groen dan in volgebouwde gebieden.
Vooral in de zomer kan er bij een vochtig bos echt een muggenplaag ontstaan. Is een slaapkamerraam dan niet voldoende mug-proof dan zal de nietsvermoedende slaper wakker worden met een pallet aan rode muggenbulten.
Blad in tuin en dakgoot
Eén van de noodzakelijke klussen die ik regelmatig (lees: zeker 2 keer per jaar) moet uitvoeren is de dakgoot vrij maken van ingewaaid blad. Bij mij moet ik zelfs voor en achter de dakgoot schoon maken. Benieuwd hoe je dit het beste kan doen? Lees dan mijn artikel Hoe een dakgoot schoonmaken.
Laat je blad in de dakgoot liggen dan heeft dit de neiging zich samen te klonteren en uiteindelijk een barrière te vormen voor naar de regenpijp stromend regenwater. Het resultaat is een overlopende goot bij regenval. Het water lekt in dit geval, als een soort lange horizontale douche, over de goot.
Het punt met een goot schoonmaken is dat een ladder tegen de goot moet worden gezet en na het verwijderen van het blad steeds een meter moet worden opgeschoven (ver uitreiken met bijvoorbeeld een gootschep, terwijl je op een ladder staat, is gevaarlijk) – hierdoor wordt het een tijdrovende klus.
Als je niet van bladblazen of –vegen houdt kan je beter niet aan het groen gaan wonen. Elk jaar vanaf oktober dwarrelen de eerste bladeren naar beneden en waaien direct in de omliggende tuinen.
Het handigst is om het gevallen blad niet meteen weg te halen maar even te laten liggen: je ziet de bladlaag dan elke dag dikker worden en uiteindelijk kan al het blad in één keer worden weggeblazen of weggeveegd.
Gelukkig zijn bladblazers tegenwoordig behoorlijk krachtig - met blaassnelheden van ruim over de 200 km per uur - en daarom in staat grote hoeveelheden blad te verplaatsen. De meest populaire modellen, zoals deze bladblazer (link naar coolblue.nl), kunnen ook blad aanzuigen, vervolgens versnipperen en uiteindelijk opvangen in een grote zak. Handig!
Vaak oude huizen
Nederland wordt momenteel volgebouwd en niet met parken maar met woningen. Alleen op deze manier is het groeiende inwoneraantal op te vangen.
Dit betekent dat aan reeds bestaande parken en bossen vooral oudere huizen staan. Met oudere huizen bedoel ik huizen met een bouwjaar vanaf het jaar 1900. Deze huizen worden gekenmerkt door een hoog ‘klusgehalte’.
Mocht je dus niet van een klushuis houden en daar ook niet regelmatig vakmensen op los willen laten ga dan vooral niet aan een bos wonen. Nu vind ik klusprojecten leuk, maar niet iedereen zit te wachten om elk jaar houtrot te bestrijden of lekke daken te repareren.
Honden in de tuin
In elk Nederlands park of bos zijn wandelpaden aanwezig. Ze worden onderhouden door een gemeente of door Staatsbosbeheer. Honden moet meestal verplicht worden aangelijnd en als het echt een officieel bos is zijn mens en dier na zonsondergang niet meer welkom.
Toch nemen mensen vaak honden onaangelijnd mee en geven hen alle vrijheid om te gaan en staan waar zij willen. Zo kan het voorkomen dat een hond ineens in je tuin staat. En zich daar mogelijk zelfs ontlast.
Nu ben ik niet tegen honden maar als je dergelijke tafrelen wil voorkomen is het verstandig te zorgen voor een goede omheining van je tuin. Tenzij je natuurlijk zelf een hond hebt die je ook zoveel mogelijk vrijheid wil geven.
Geluid kraaien
Ik ben een liefhebber van dieren maar soms kan een grote groep kraaien vanaf nabijgelegen boomtoppen een enorm lawaai produceren.
Vooral als je dochter van drie net probeert te slapen kan dit onprettig zijn (hier in de buurt is dan ook iemand die op potten en pannen begint te slaan om de kraaien weg te jagen).
Soms zitten de kraaienkolonies in de bomen boven geparkeerde auto’s. Een douche van uitwerpselen over deze auto’s is dan geen uitzondering.
Het is wel typisch dat kraaien altijd in een bepaald stukje van park of bos nestelen. Je kan dus geluk hebben en net aan een ander, net iets verder gelegen, stuk groen wonen.
Meer teken
Hoewel er nog steeds mensen zijn die een teek met de nagels uittrekken en vervolgens nooit meer naar de wond omkijken ontstaat er langzaam maar zeker een groeiend besef van ziektes die teken kunnen overbrengen.
De ziekte van Lyme is daar waarschijnlijk het bekendste voorbeeld van. Het is niet voor niks dat vooral hoveniers regelmatig een teek hebben en daarmee ook een groter risico op deze ziekte hebben.
De nimfen van teken leven op kleine knaagdieren en die bevinden zich vooral in het bos. Daarom zijn er minder teken in stadse tuinen dan in tuinen grenzend aan het groen. Na tuinwerkzaamheden moet ik daarom altijd goed checken of er geen teken in de huid zitten.
Als je kinderen hebt weet je dat zij graag in parkjes spelen. Kinderen bouwen er bijvoorbeeld hutten of klimmen er in bomen. Ook zij moeten daarom na het spelen goed worden nagekeken op teken.
Hooikoorts
Tuinen grenzend aan het groen zijn vaak ‘groene’ tuinen. Hiermee bedoel ik dat er reeds oude begroeiing (zij het planten, struiken of bomen) aanwezig is.
Vooral deze wat oudere planten kunnen zorgen voor veel stuifmeel, simpelweg omdat zij zo groot zijn. Zo zit er bij mij een enorme hoeveelheid grote klimop welke veel stuifmeel verspreid. Ik heb er zelf geen last van maar weet dat bezoekers dat wel kunnen krijgen.
Omdat de tuinen van de huizen aan park of bos vaak relatief groot zijn wordt er regelmatig veel (sier)gras geplaatst. Afgezien van regelmatig grasmaaien behoeft een grasveld namelijk niet veel onderhoud. Het nadeel van gras is echter de flinke allergische reactie die deze kan oproepen.
Grote bomen die vaak voorkomen bij parken én veel hooikoortsklachten geven zijn beuken, berken, en coniferen. Zij verspreiden allen hun stuifmeel via de lucht.
Steenmarters knagen
Steenmarters komen steeds meer voor in Nederland en veroorzaken daarom steeds meer overlast. Vooral in natuurlijke omgevingen, dus in en rondom parken, gedijen zij goed.
Het grootste probleem met de steenmarter is dat zij in auto’s kabels kunnen aantasten door erop te kauwen. Dit doen zij als onderzoekend gedrag en soms als territoriaal gedrag (als een andere marter reeds in de auto heeft gezeten).
Ik heb om mijn auto te beschermen verschillende maatregelen tegen marters genomen. Zo zit er een apparaat in de auto die ultrasone geluiden produceert. Marters houden hier niet van en zullen hun heil elders zoeken. Mensen horen dit geluid niet.
Daarnaast kan een roosterwerk van gaas onder de auto worden gelegd. Marters houden er niet van hierover te lopen. Zeker in combinatie met anti-marterspray, welke op kabels wordt gespoten, zullen marters jouw auto vermijden.
Steenmarters zijn desondanks schitterende dieren en ook nog eens behulpzaam bij het bestrijden van muizen en ratten. Ze zijn gelukkig beschermd en het is dus ook verboden deze dieren te doden.
Ongedierte: muizen en ratten
Ik twijfelde of overlast door muizen en ratten echt gerelateerd was aan wonen aan een park. Want toen ik in het centrum van de stad woonde waren daar ook muizen aanwezig.
Toch wil ik het hier als nadeel noemen omdat muizen en ratten veel voedsel in een park kunnen vinden en er veel geschikte nestruimte aanwezig is.
De grootste reden is echter dat deze knaagdieren, zodra het weer kouder wordt, vanuit het groen naar de omliggende warmere huizen trekken. In de stad hoeven zij deze seizoensgebonden migratie niet te maken omdat ze daar het hele jaar in huizen verblijven.
De aanwezigheid van muizen en ratten wordt duidelijk door de nachtelijke geluiden die zij maken en hun uitwerpselen. Als je dus aan het groen wil wonen is het verstandig al je etenswaren goed verpakt en afgesloten te bewaren. Op die manier zal dit ongedierte jouw huis links laten liggen.
Last van muizen in huis en wil je ze zo diervriendelijk mogelijk vangen? Lees dan mijn artikel De Beste Diervriendelijke Muizenval – Getest & Beproefd
Nawoord
Misschien dat één van bovenstaande nadelen dermate zwaarwegend is dat wonen aan park of bos niet wenselijk is. Iemand die erg gevoelig is voor bijvoorbeeld hooikoorts kan daarom misschien beter kiezen voor wonen in een meer volgebouwd gebied.
Toch is naar mijn mening de woonervaring aan het groen goed te noemen. Met andere woorden: de voordelen wegen op tegen de nadelen.
Mocht je geïnteresseerd zijn in de voordelen van wonen aan een park, lees dan mijn artikel Een huis aan park of bos: wat zijn de voordelen?